




Geestelijk in slaap gevallen
Markus 14:37-42
Inleiding – Rom. 13: 11; Ef. 5:14-16; Spr. 6:9
- Halfslachtige discipelen – Marc. 14:37a; Luc. 22:40; Marc. 14:31; Ef. 5:14
- Harde woorden – Marc. 14:37b-38; 1 Pet. 5:8; Joh. 15:5; Rom. 7:24
- Herhalend gebed – Marc. 14:39, 35-36; Matt. 26:42; Heb. 5:8
- Hervallen discipelen – Marc. 14:40; Joh. 17:12; Luc. 22:44-45
- Hervatte missie – Marc. 14:41-42

Doodstrijd in Getsemane
Marcus 14:32-36
Een eenzame plaats – Marc. 14:32; 1:35; 6:32,46
Een eenzame pijn – Marc. 14:33-34; 8:31; 2 Kor. 5:21; Gal. 3:13
Een eenzame petitie – Marc. 14:35-36; Matt. 26:39; Hebr. 5:7-8; Luc. 22:44,43; Joh. 12:27

Menselijk falen en het plan van God
Mark 14:26-31
Inleiding – Deut. 32:39; Ps. 115:3; Spr. 16:4; Dan. 4:35; Amos 3:6; Jes. 45:6-7
De voortzetting - Marc. 14:26
De verstrooiing - Marc. 14:27
De vertroosting - Marc. 14:28; Matt. 28:16-17
De verzekering - Marc. 14:29
De verloochening - Marc. 14:30; Luc. 22:31-34; Joh. 21:15-17
De verdediging - Marc. 14:31

Het avondmaal (Deel 2)
Marcus 14:22-25
Het teken van het brood – Marc. 14:22; Joh. 13:27-28, 30; Luc. 22:23-26, 31-34; 1 Cor. 10:16
Het teken van de wijn - Marc. 14:23-24; Lev. 17:12; Openb. 7:14
Het teken naar de toekomst – Marc. 14:25; Matt. 26:29; Ez. 45:21-23


De ontmaskering van de verrader
Mark 14:17-21
De nachtelijke verplaatsing – Marc. 14:17; Luc 22:14-16; Joh. 13:3-11
De schokkende voorzegging – Marc. 14:18; Joh. 13:18-22; Marc 8:31; 9:31; 10:33
De bedroefde vraagstelling – Marc. 14:19
De nabije verrader – Marc. 14:20; Ex. 34:6; Spr. 17:9
De bepaalde verwerping – Marc. 14:21A
De directe verantwoordelijkheid – Marc. 14:21B; Joh. 13:26; Matt. 26:25


Alle details voorbereid
Marcus 14:12-16
Inleiding – Joh. 11:55-57
Sublieme vraag – Marc. 14:12
Soevereine details – Marc. 14:13-15
Systematische opvolging – Marc. 13:16

Vriend of vijand (Deel 2)
Marcus 14:1-11
De verwarring rondom Christus – Marc. 14:4-5; John 12:4-5
De verdediging door Christus – Marc. 14:6-9
- De Heer verdedigd haar persoon - Marc. 14:6
- De Heer verdedigd haar prioriteiten - Marc. 14:7
- De Heer verdedigd haar proportie – Marc.14:8
- De Heer verdedigd haar principe – Marc. 14:9
De verwijdering van Christus – Marc. 14:10-11; Luc. 22:1-5; Matt. 26:14-16

Vriend of vijand (Deel 1)
Marcus 14:1-11
De verwerping van Christus – Marc. 14:1-2; Matt. 26:1-2; Joh. 11:47-50; 8:46; 19:6; Matt. 26:1-2; Luc. 22:22; 4:28-30; Joh. 7:45-52; Hand. 2:22-23
De verering van Christus – Marc. 14:3; Joh. 12:3; Marc. 14: 8; Luc. 10:42; Joh. 11:28,32,33


Wees voorbereid
Marcus 13:28-37
Inleiding – Marc. 13:5,9,23,33,37; 1 Joh. 2:28
- De les – Marc. 13:28-29
- De belofte – Marc. 13:30-31; 2 Pet. 3:10; Jes. 40:8; 55:11
- De levenshouding – Marc 13:32-33; Fil. 2:7
- De beschrijving – Marc. 13:34-37

De toekomst staat vast (Deel 16 - Slot)
Israël en het Koninkrijk - Matt. 21:43
Satan onttroont - 1 Joh. 3:8; Hebr. 2:14-16
Christus Koning – Jes. 9:5-6; Marc. 13:26; Matt. 25:31
Tijden van herstel – Hand. 3:17-21;1:6; Matt. 19:28
Paradijselijke omstandigheden – Rom. 8:19-22; Openb. 19:20-21; 20:1-3; Jes. 2:2-4; 11:4-10; 32:15-18; 35:1-10; 65:17-25; 66:22

De toekomst staat vast (Deel 15)
Marcus 13:24-27
De ontwrichting van de schepping – Marc. 13:24-25; Openb. 1:7; Matt. 24:29; Jes. 13:6-10; Joel 2:10; 3:15-16; Luc. 21:25-26
De onthulling van de Koning – Marc 13:26; Matt. 24:27; Zach. 14:6-7; Joel 2:10; Matt. 24:30; Openb. 6:15-17; Dan. 7:13-14; 1 Kor. 15:25-26; Zach. 14:4; Kol. 3:4
De opsporing van de gelovigen – Marc. 13:27; Luc. 21:28; Matt. 25:31-34

De toekomst staat vast (Deel 14)
Marcus 13:24-27
Inleiding - Marc. 13:14b; Openb. 9:1-2; 13-14; 12:9; Ez. 39:8-17
- De aankondiging van Christus - Openb. 1:7-8
- De realiteit van Christus - Openb. 1:12-16
- De waardigheid van Christus - Openb. 5:2-3, 6-14
- De genoegzaamheid van Christus - Openb. 7:9-12
- De vervulling in Christus - Openb. 10:5-7 .
- Het Koningschap van Christus - Openb. 11:15-18
- Het hemelse domein van de Koning - Openb. 12:7-10
- Het aardse domein van de Koning – Openb. 14:14; 15:1-4
- Het koninklijk feest van de Koning - Openb. 19:5-10
- De Koning arriveert - Openb. 19:11-16

De toekomst staat vast (Deel 13)
Marcus 13:14-23
Inleiding - Daniel 9:24, 27; 12:1, 7-11; Matt. 24:15
- De gruwelijke gebeurtenis – Marc. 13:14A; Openb. 17:5; 21:27; Dan. 11:21,28,31: Matt. 24:15; 2 Tess. 2:3-4; 1 Joh. 2:22; Openb. 13:5,8,11-15
- De onmiddellijke ontsnapping – Marc. 13:14b-18
- De bovennatuurlijke bescherming – Marc. 13:19-22; Joh. 10:4-5

De toekomst staat vast (Deel 12)
Marcus 13:9-13
De vervolging van de discipelen – Joh. 13:37 - 14:1; 15:18-21; 16:1-4
- Verkondiging van het Woord – Marc. 13:10; Hand. 20:24; Fil. 1:12; Matt. 24:14:Openb. 14:6-7
- Versterking door de Geest – Marc. 13:11; Luc. 12:11-12; 21:14-15
- Verwerping door naasten – Marc. 13:12-13A; Joh. 6:66; 9:22
- Volharding vereist – Marc. 13:13b; 1 Kor. 9:24-25; Fil. 3:12-14; 2 Tim. 4:7-8

De toekomst staat vast (Deel 11)
Mark 13:9-13
Inleiding - John Foxe (±1516- 18 april 1587)
De vervolging van Zijn volgelingen - Hand 1:8; 18:12-15; 18:2
- Politiek
- Religieus
- Moreel
- Sociaal - 1 Cor. 1:26
- Economisch - Hand 19:24,27; 16:16
Openb. 1:9; 6:9-11; 6:17; 7:9-17; 20:4; 22:3-4



De toekomst staat vast (Deel 10)
Marcus 13:9-13
Inleiding – Luc. 19:11
De vervolging van Zijn volgelingen.
- Vervolging in de wereld - 13:9; 10:33-34; 13:35-37; Matt. 10:16-18; Joh. 13:16; 14:29; 15:18-21; 16:1-4; Hand. 4:15; 5:17-19, 26-27,33,40-41; 6:12; 7:59; 8:1; 12:1-2; 9:1-2,22-25; 14:19; 18:12; 20:3; 21:27-36; 22:22-23; 23:11-12.

De toekomst staat vast (Deel 9)
Marcus 13:5-8
Inleiding – Jes. 13:6-9, 26:17: Jer. 4:31: 49:24; 50:43; 30:5-9; Matt. 19:28
De vernieling door aardbevingen – Marc. 13:8b
- Bij het geven van de wet – Ex. 19:18; Ps. 68:8-9; 104:31-32
- Bij de dood van Jezus – Matt. 27:50-54
- Bij de opstanding van Jezus – Matt. 28:1-2
- De wederkomst van de Heer – Markus 13:8
4 grote aardbevingen
- 1e – Openb. 6:12
- 2e – Openb. 8:1-5
- 3e – Openb. 11; 12-14,15,19
- 4e – Openb. 15:1,7-8; 16:17-20
Hongersnoden – Mark. 13:8c; Openb. 6:5-8; 8:7-12